Plan: | Veegplan bestemmingsplannen Tynaarlo |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1730.BPVeegplanTyn-0301 |
Binnen de bestemmingsplannen van de gemeente Tynaarlo is behoefte aan een zogenaamd veegplan. Met het veegplan worden een aantal kleine omissies gerepareerd ten opzichte van deze geldende bestemmingsplannen. Alle aanpassingen die met het veegplan worden doorgevoerd, zijn van geringe omvang en sorteren geen (significant) effecten ten opzichte van de geldende bestemmingsplannen. Het betreffen zeer geringe correcties, aanvullingen en aanpassingen die de juridische regeling in overeenstemming brengt met de feitelijke situatie. Voor nadere informatie en onderzoeken over de gegeven bestemmingen, wordt daarom verwezen naar de toelichtingen behorende bij de geldende, vastgestelde bestemmingsplannen. Door de reparaties worden de bestemmingsplannen ook op orde gemaakt voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2024.
In de bestemmingsplannen van de gemeente Tynaarlo worden een aantal bestemmingen of algemene regels gewijzigd. Daarnaast wordt voor enkele adressen de bestemming gewijzigd. Het is een gedeeltelijke herziening, wat wil zeggen dat de hieronder genoemde moederbestemmingsplannen (en eventuele eerdere partiële herzieningen) van kracht blijven, voor zover die in het voorliggende bestemmingsplan (veegplan) niet worden gewijzigd en aangevuld. De aanvulling bestaat uit een verbeelding en een set regels.
De lijst met van toepassing te verklaren bestemmingsplannen is opgenomen in Bijlage 1.
Het veegplan omvat het hele grondgebied van de gemeente Tynaarlo, minus de delen waarvoor nu geen bestemmingsplan maar een beheersverordening geldt. Voor die delen waarvoor nu een beheersverordening geldt, zal een veeg-beheersverordening worden opgesteld.
In vervolg op dit inleidende hoofdstuk licht hoofdstuk 2 de wijzigingen toe. Hoofdstuk 3 staat kort stil bij de omgevingsaspecten. Vervolgens geeft hoofdstuk 4 een juridische planbeschrijving. Hoofdstuk 5 gaat in op de uitvoerbaarheid van het plan.
Er worden een aantal wijzigingen op perceelsniveau en een aantal algemene wijzigingen doorgevoerd. De wijzigingen op perceelsniveau betreffen bijvoorbeeld het wijzigen van een bestemming of aanduiding voor een concreet adres. De algemene wijzigingen behelsen bijvoorbeeld een wijziging voor het hele gemeentegebied of het wijzigingen van een bepaalde bestemming uit een bepaald bestemmingsplan.
Rheeërweg 13, Zeijen
Het perceel is onderdeel van het 'Bestemmingsplan Buitengebied Tynaarlo' (vastgesteld 2013-05-28) en het bestemmingsplan 'Buitengebied Tynaarlo, partiële herziening' (vastgesteld 2017-11-21). Hierin heeft het de bestemming 'Wonen'. Eén van de panden heeft de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - beeldbepalend'. Dit is echter het verkeerde pand. De aanduiding wordt op het juiste pand aangebracht (de woning in plaats van schuur).
De verbeelding wordt hierop aangepast. Voorts blijven van toepassing verklaard: Waarde - Beekdal, Waarde - Archeologische verwachting 2.
De regels behoeven geen wijziging.
Burchtweg 2, Bunne
Het perceel is onderdeel van het 'Bestemmingsplan Buitengebied Tynaarlo' (vastgesteld 2013-05-28) en het bestemmingsplan 'Buitengebied Tynaarlo, partiële herziening' (vastgesteld 2017-11-21). Het adres maakt onderdeel uit van twee verschillende bestemmingen: 'Wonen' voor perceel VRI00 - Y - 134 en 'Bedrijf - 2' voor perceel VRI00 - Y - 487. Dit komt omdat de schuur voor een deel op grond van de buren staat (perceel VRI00 - Y - 487). Door verkoop hoort perceel VRI00 - Y - 487 bij Burchtweg 2.
Dit stuk perceel krijgt ook de bestemming 'Wonen' conform het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Buitengebied Tynaarlo'. De verbeelding wordt hierop aangepast. Voorts blijven van toepassing verklaard: Waarde - Archeologie 2, Waarde - Flank.
De regels behoeven geen wijziging.
Groningerweg 109, Eelderwolde
Het perceel is onderdeel van het 'Bestemmingsplan Kleinere kernen' (vastgesteld 2010-04-27). Hierin heeft het de bestemming 'Bedrijf' en aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' en 'veiligheidszone - bevi'.
De opslag en verkoop van LPG voor het wegverkeer is beëindigd. De LPG-installatie is in zijn geheel verwijderd. De aanduidingen 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' en 'veiligheidszone - bevi' worden verwijderd. De zone wordt verwijderd door het aanbrengen van de aanduiding 'overige zone - veiligheidszone bevi vervallen'. De verbeelding en regels worden hierop aangepast. Voorts blijven van toepassing verklaard: het bouwvlak.
Met het schrappen van deze aanduidingen, vervalt artikel 28.5 (Veiligheidszone - bevi). Ook vervalt artikel 6.1 sub h (aanduiding verkooppunt motorbrandstoffen met lpg) en de zinssnede: 'Met uitzondering van de ter plaatse met 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' aangeduide inrichtingen, zijn geen risicovolle inrichtingen toegestaan.' De regels worden hierop aangepast.
Ter informatie: Deze veiligheidszone loopt ook door in de beheersverordening 'Paterswoldsemeer' (vastgesteld 2016-01-19). Deze zone wordt verwijderd middels de veeg-beheersverordening.
Nabij Hoofdweg 278, Paterswolde
De percelen EDE02 - B - 3578 en EDE02 - B - 3283 zijn een zogenaamde witte vlek op ruimtelijkeplannen.nl. Conform huidig gebruik krijgt het de bestemming 'Woongebied' (zonder bouwvlak) en 'Kantoor' conform het 'Bestemmingsplan Kleinere kernen'. Ook wordt de bestemming 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' doorgetrokken.
De verbeelding wordt hierop aangepast. De regels behoeven geen wijziging.
Brinkhovenlaan 10, Paterswolde
Het perceel EDE02 - C - 1990 en een gedeelte van het perceel EDE02 - C - 1913 vallen binnen de begrenzing van het bestemmingsplan uit 1996 Buitengebied Eelde. Hierin heeft het de gebiedsbestemming 'landgoederen' met nadere aanduiding 'wonen'. Dit bestemmingsplan staat niet op ruimtelijkeplannen. Conform huidige bestemming en huidig gebruik krijgt de woning met erf de bestemming 'Wonen' en krijgt het overige gedeelte de bestemming 'Natuur – Landgoed ' conform het 'Bestemmingsplan Buitengebied Tynaarlo' en het bestemmingsplan 'Buitengebied Tynaarlo, partiële herziening' (vastgesteld 2017-11-21). De dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' wordt doorgetrokken. Hierdoor wordt de bestemming raadpleegbaar op ruimtelijkeplannen conform actuele (SVBP) systematiek.
De verbeelding wordt hierop aangepast. De regels behoeven geen wijziging.
Molenweg 14a, Eelde
Het perceel is onderdeel van het 'Bestemmingsplan Buitengebied Tynaarlo' (vastgesteld 2013-05-28) en het bestemmingsplan 'Buitengebied Tynaarlo, partiële herziening' (vastgesteld 2017-11-21). Er staat een schuur die grotendeels op het perceel EDE02 - D - 508 staat en voor een klein deel op het perceel EDE02 - D - 2359. De schuur valt binnen de bestemming 'Wonen'. In lijn met de omgeving krijgt de schuur de bestemming 'Agrarisch - 1' en de aanduiding ‘specifieke vorm van agrarisch - veldschuur’.
Voorts blijven van toepassing verklaard: Waarde - Archeologie 2; Geluidzone - 47 bkl; Luchtvaartverkeerzone - 4; Luchtvaartverkeerszone - 3; Luchtvaartverkeerzone - cns apparatuur 2; Wro-zone - afwijkingsgebied 2.
De verbeelding wordt hierop aangepast. De regels behoeven geen wijziging.
Schelfhorst 24, Paterswolde
Het perceel is onderdeel van het bestemmingsplan 'Verblijfsrecreatieterreinen Tynaarlo' (vastgesteld 2010-02-16). Het heeft de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie IV'. Op basis van de omgevingsvergunning 'Ruimtelijke onderbouwing Schelfhorst 24 Paterswolde' (vastgesteld 2014-06-04) wordt het perceel gewijzigd naar een woonbestemming.
De bestemming 'Wonen' en alle op de woonbestemming van toepassing zijnde regels uit het 'bestemmingsplan Buitengebied Tynaarlo' en 'Buitengebied Tynaarlo, partiële herziening' worden van toepassing verklaard op het perceel. Voor het perceel vervalt hiermee de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie IV'. Voor het overige blijven de regels uit het bestemmingsplan 'Verblijfsrecreatieterreinen Tynaarlo' van toepassing.
De verbeelding wordt hierop aangepast. De regels behoeven geen wijziging.
Hunzeweg 62 en 64, De Groeve
Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State op 10 november 2010 (ECLI:NL:RVS:2010:BO3449) wordt een deel van het bestemmingsplan "Zuidoevers Broekveldt" (vastgesteld 2010-02-16) vernietigd, voor zover dit betreft het plandeel met de bestemmingen "Wonen" en "Verkeer" zoals nader aangegeven op de bij de uitspraak behorende kaart.
Het noordwestelijke deel zit in de beheersverordening 'De Groeve: woongebied Zuidoevers'. Dit hoeft dus niet te worden meegenomen. Het overige deel is een zogenaamde witte vlek op ruimtelijkeplannen.nl. Het deel dat niet is vernietigd door de Raad van State behoudt de bestemming Woondoeleinden conform het bestemmingsplan 'Zuidoevers Broekveldt'. Voor de woonbestemmingen die zijn vernietigd wordt aangesloten, conform feitelijk gebruik, bij de bestemming 'Agrarisch' uit 'Bestemmingsplan Kleinere kernen'.
Voor de bestemming Woondoeleinden wordt qua regels aangesloten op de bestemming Woongebied uit ''Bestemmingsplan Kleinere kernen'. Wel worden de onderstaande twee specifieke bepalingen toegevoegd aan de bestemming Woongebied en gekoppeld aan de twee percelen.
Voorts blijven van toepassing verklaard: een bouwvlak; de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden'; 'maximum goothoogte'; 'maximum bouwhoogte'; 'minimale dakhelling, maximale dakhelling'.
De regels en verbeelding worden hierop aangepast.
Groningerweg 69, Eelderwolde
Het perceel is een zogenaamde witte vlek op ruimtelijkeplannen.nl. Conform het vastgestelde bestemmingsplan 'Woning Groningerweg 69 te Eelderwolde' (vastgesteld 2009-10-13, niet gedigitaliseerd op ruimtelijkeplannen) krijgt het de bestemming 'Woongebied' met een bouwvlak conform het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Kleinere kernen'.
Daarnaast worden toegevoegd: de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' = 1, 'maximum goothoogte' = 4, 'maximum bouwhoogte' = 9,5.
De verbeelding wordt hierop aangepast. De regels behoeven geen wijziging.
Ten westen van sportcomplex De Marsch te Paterswolde
Het perceel is een zogenaamde witte vlek op ruimtelijkeplannen.nl. De witte vlek is (gedeeltelijk) onderdeel van het kadastraal perceel gem. Eelde, sectie G, nr. 36 en 24. In lijn met het feitelijk gebruik en in lijn met de directe omgeving wordt de vlek bestemd als 'Agrarisch - 1' (G 36) en 'Natuur' (G 24) conform bestemmingsplan 'Buitengebied Tynaarlo' en het bestemmingsplan 'Buitengebied Tynaarlo, partiële herziening' (vastgesteld 2017-11-21). Ook worden de dubbelbestemmingen 'Waarde - Archeologie 2' en 'Waarde - Archeologische verwachting 2' doorgetrokken.
De verbeelding wordt hierop aangepast. De regels behoeven geen wijziging.
Parkeernormen
In alle bestemmingsplannen van de gemeente Tynaarlo moet een bepaling ten aanzien van parkeren worden opgenomen. Zo kan bij aanvragen om een omgevingsvergunning een parkeertoets plaatsvinden. In recente bestemmingsplannen, die dateren na de wijziging van de Woningwet van eind 2014, is vaak wel een regeling met betrekking tot parkeren opgenomen. Desalniettemin wordt met voorliggend plan voor álle bestemmingsplannen een actuele, uniforme parkeerregeling vastgesteld.
Het opstellen van parkeerbeleid is een autonome taak van gemeenten. Parkeerbeleid kan worden ingezet voor verbetering van de bereikbaarheid en leefbaarheid in woonwijken, bedrijventerreinen en (winkel)centra. Via parkeerbeleid kan de gemeente de verdeling van de schaarse parkeerruimte reguleren en overlast voorkomen. Normen kunnen worden opgenomen in een Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP) of in een parkeernota.
Artikel 18 van dit bestemmingsplan voegt specifieke regels voor parkeerbepalingen en laden of lossen in de onderliggende (alle) bestemmingsplannen toe. Voor het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwen of verbouwen of het wijzigen van het gebruik moet voorzien worden in voldoende parkeergelegenheid op het eigen erf voor de beoogde functie. Het toetsingskader dat hierbij wordt gehanteerd zijn de door het kennisplatform CROW vastgestelde richtlijnen (publicatie 381 - december 2018, of de meest actuele uitgave), dan wel aan de hand van de van toepassing zijnde beleidsregels van de gemeente Tynaarlo ten aanzien van parkeren bepaald.
De regeling voor de laad- en losvoorzieningen van goederen sluit aan op het algemene beleid zoals dat is opgenomen in de 'Aanbevelingen Stedelijke Verkeersvoorzieningen' (hierna ASVV). Voor het bepalen wanneer sprake is van "in voldoende mate voorzien" is aangesloten bij het ASVV 2012 (uitgave van het CROW) dan wel de geldende versie op het moment van het indienen van de aanvraag. Bij het dimensioneren van de ruimte voor laden en/of lossen van goederen en de bereikbaarheid daarvan moet worden aangesloten bij de afmetingen en de eigenschappen van de ontwerpvoertuigen uit de ASVV.
Nieuwe bestemmingsplannen die in de gemeente worden opgesteld, moeten een vergelijkbare regeling voor parkeren en laad- en losvoorzieningen bevatten.
De gemeente heeft geen nota opgesteld waar parkeernormen in staan opgenomen (parkeerbeleid). Mocht in de toekomst de gemeente Tynaarlo wel een parkeerbeleid vaststellen, dan wordt dit ook een toetsingskader.
De regels worden hierop aangepast. De verbeelding behoeft geen aanpassing.
Bestemming 'Centrum' uit bestemmingsplan 'Zuidlaren centrum'
De bestemming 'Centrum' uit het bestemmingsplan 'Zuidlaren centrum' (vastgesteld 2016-06-14) behoeft een wijziging. In de bestemming mist de regel dat per perceel één woning in het hoofdgebouw is toegestaan.
In artikel 5.2.1 sub e van bestemmingsplan 'Zuidlaren centrum' zit de regel: het aantal woningen bedraagt niet meer dan één per bouwperceel.
Aan de bestemming 'Centrum' wordt een nieuw lid 5.5 toegevoegd:
5.5 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt verstaan:
a. het gebruiken van bijgebouwen ten behoeve van woonfuncties.
De regels worden hierop aangepast. De verbeelding behoeft geen aanpassing.
Bestemming 'Woongebied' uit bestemmingsplan 'Ter Borch, Rietwijk Noord' en 'Bestemmingsplan Ter Borch, Rietwijk Zuid'
De bestemming 'Woongebied' uit het bestemmingsplan 'Ter Borch, Rietwijk Noord' (vastgesteld 2013-09-24) en 'Bestemmingsplan Ter Borch, Rietwijk Zuid' (vastgesteld 2014-05-13) behoeft een wijziging. De regel dat bijbehorende bouwwerken moeten worden gebouwd in het achtererfgebied mist, waardoor bijbehorende bouwwerken voor de voorgevel zijn toegestaan. Dit is een omissie in de regels.
In artikel 6.2.2 en 6.2.3 uit bestemmingsplan 'Ter Borch, Rietwijk Noord' en in artikel 5.2.2 en 5.2.3 uit bestemmingsplan 'Ter Borch, Rietwijk Zuid' worden de volgende twee subleden toegevoegd:
Achtererfgebied wordt als volgt gedefinieerd in de begrippenlijst: erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.
In de afwijkingsregels in artikel 6.4 uit bestemmingsplan 'Ter Borch, Rietwijk Noord' en in 5.4 uit bestemmingsplan 'Ter Borch, Rietwijk Zuid' wordt de volgende afwijking toegevoegd:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:
De regels worden hierop aangepast. De verbeelding behoeft geen aanpassing.
Doordat deze herziening uitsluitend een bestemmingsplantechnische aanpassing betreft, is de toetsing van de omgevingsaspecten zoals geluidhinder, luchtkwaliteit, bodem, milieuzonering, externe veiligheid, archeologie en cultuurhistorie, ecologie, m.e.r. en water etc. niet noodzakelijk.
Wat betreft de actualisering van diverse bestemmingen is in Hoofdstuk 2 stilgestaan bij de motivering van de wijziging.
Wat betreft de uniforme parkeernormen vindt geen toename van bebouwing plaats en de bebouwingscontouren en -mogelijkheden worden niet verruimd. Dit bestemmingsplan heeft in ruimtelijk-functionele zin aldus een dusdanig beperkte impact dat nadere onderzoeken of motivering niet nodig zijn. Er zullen geen onevenredige ruimtelijke effecten optreden waardoor belangen van derden worden aangetast.
De Wet ruimtelijke ordening (Wro) bevat de regeling voor de opzet en de inhoud van een bestemmingsplan. In het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is deze regeling verder uitgewerkt. Het bestemmingsplan bestaat uit:
Ook zijn de regels van de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2012 (SVBP 2012) toegepast. Met deze standaard worden de regels en de verbeelding zodanig opgebouwd en ingericht dat bestemmingsplannen goed met elkaar kunnen worden vergeleken.
Het bestemmingsplan, met de daarbij behorende toelichting, wordt langs elektronische weg vastgelegd en ook in die vorm vastgesteld, tegelijk met een analoge versie van het bestemmingsplan. Als de digitale en analoge versie tot interpretatieverschillen leiden, is de digitale versie beslissend.
De regels zijn opgebouwd uit een aantal hoofdstukken. Deze indeling ziet er als volgt uit:
In Artikel 1 is een uitleg van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen opgenomen.
In Artikel 2 is een lijst opgenomen van de geldende bestemmingsplannen waarop voorliggend veegplan van toepassing is. Het plan kan niet los worden gezien van de onderliggende plannen en moet in samenhang worden gelezen. In geval van strijdigheid van bepalingen, gaan de bepalingen van voorliggend veegplan voor.
In hoofdstuk 2 zijn de bestemmingen opgenomen in Artikel 3 tot en met Artikel 10. In dit hoofdstuk worden alle bestemmingsgewijze en adresgewijze wijzigingen geregeld. De toelichting op deze wijzigingen is in paragraaf 2.1 van de toelichting uitgewerkt.
De bestemmingen die naar aanleiding van de actualisering gaan gelden voor een adres, zijn gebaseerd op het moederbestemmingsplan waarin het adres gelegen is. In de regels van voorliggend bestemmingsplan zal daarom bij de nieuwe bestemming een koppeling worden gemaakt met het moederbestemmingsplan. De 'oude' bestemming wordt als vervallen verklaard.
De (dubbel)bestemmingen, aanduidingen, maatvoering die níét wijzigen voor een adres, worden overgenomen door middel van een van toepassing verklaring. Deze worden ook overgenomen, om te voorkomen dat deze bestemmingen worden 'overruled' door voorliggend bestemmingsplan. Ook voor deze bestemmingen geldt dat wordt verwezen naar het moederbestemmingsplan. Hetzelfde is gedaan voor de algemene aanduidingsregels (in Artikel 17 Algemene aanduidingsregels, zie hieronder in paragraaf 4.2.3).
In hoofdstuk 3 zijn de anti-dubbeltelregel en de overige regels opgenomen.
ANTI-DUBBELTELREGEL
Het doel van de anti-dubbeltelregel (Artikel 16) is om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld. Kort gezegd, komt het erop neer, dat grond die één keer in beschouwing is genomen voor het toestaan van gebouwen, niet een tweede maal mag meetellen voor de toelaatbaarheid van andere gebouwen, als die grond inmiddels tot een ander bouwperceel is gaan behoren.
OVERIGE REGELS
In artikel 18.1 worden de specifieke regels voor parkeerbepalingen en laden of lossen in de onderliggende bestemmingsplannen geregeld. De toelichting hierop is in 2.2 van de toelichting uitgewerkt.
In artikel 18.2 tot en met 18.4 zijn de bestemmingsgewijze wijzigingen opgenomen. Een bestemming en/of aanduiding vervalt, wordt gewijzigd en/of wordt toegevoegd. De toelichting hierop is ook in paragraaf 2.2 van de toelichting uitgewerkt.
In dit hoofdstuk zijn het overgangsrecht en de slotregel opgenomen in respectievelijk Artikel 19 en Artikel 20. Voor de redactie van het overgangsrecht geldt het Besluit ruimtelijke ordening. Bebouwing die niet voldoet aan de bepalingen van dit bestemmingsplan is onder het overgangsrecht gebracht. Een geringe uitbreiding van de bebouwing met tien procent wordt mogelijk gemaakt.
Het gebruik van gronden en bebouwing dat in strijd is met dit nieuwe bestemmingsplan op het tijdstip van inwerkingtreding, mag in beginsel worden voortgezet. Wijziging van dit strijdige gebruik is verboden, indien de afwijking van het plan wordt vergroot. Indien het strijdige gebruik, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
In de slotregel van het bestemmingsplan wordt aangegeven onder welke titel het bestemmingsplan wordt vastgelegd.
Wat betreft het onderdeel parkeren maakt het veegbestemmingsplan geen ontwikkelingen mogelijk. Het plan leidt wat betreft parkeren daarom ook niet tot kosten en kan dus als economisch uitvoerbaar worden geacht. Het is daarom niet noodzakelijk om een exploitatieplan of een overeenkomst over kostenverhaal op te stellen.
De actualiseringen en partiële herzieningen die worden doorgevoerd met voorliggend veegplan zijn geen plannen zoals bedoeld in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Een grondexploitatieplan en anterieure overeenkomsten zijn dus niet aan de orde. De economische uitvoerbaarheid is daarmee gegarandeerd.
Voorfase
Omdat de ontwikkeling die dit bestemmingsplan mogelijk maakt slechts een beperkte invloed op de omgeving heeft, heeft de gemeente geen 'voorfase' gehanteerd. Het gaat slechts om het herstellen van omissies.
Zienswijzen
Het ontwerp-bestemmingsplan wordt gedurende zes weken ter visie gelegd. Gedurende deze periode heeft iedereen de mogelijkheid om een zienswijze in te dienen. De resultaten hiervan worden te zijner tijd verwerkt.