direct naar inhoud van 3.1 Geschiedenis en huidige situatie
Plan: Gebruikswijziging voormalig MMC Donderen
Status: ontwerp
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.1730.Abmmcdonderen-0301

3.1 Geschiedenis en huidige situatie

Tijdens de Koude Oorlog zijn verspreid over Nederland ruim honderd militaire terreinen ontwikkeld. De terreinen stammen veelal van eind jaren vijftig tot in de jaren zestig. Nadat na ruim 40 jaar in 1990 een einde kwam aan een oorlog waarin nooit is gevochten, is de tijd aangebroken om de stille getuigenissen van die tijd op te ruimen of een andere functie te geven.

Om die reden heeft het ministerie van LNV opdracht gegeven aan DLG om 53 overtollige militaire terreinen op te ruimen en te herbestemmen. Uitgangspunt hierbij is dat de kwaliteit van het gebied verbetert. MMC Donderen behoort hierbij tot een kleine minderheid die een nieuwe "rode" functie krijgt.

Vanwege het explosiegevaar ligt het munitiemagazijncomplex geïsoleerd in de bossen op een zandrug. In het gebied zijn ook restanten van Germaanse nederzettingen, hunebedden en oude looproutes aanwezig. Langs deze archeologische tijdlijn, die vijf milennia overspant, geven boswachters landschapslezingen. Hierdoor heeft het gebied ook een bepaalde toeristische waarde. Staatsbosbeheer verwacht dat het gebied als toeristische trekpleister populairder zal worden wanneer de herstelwerkzaamheden aan de oude beekloop klaar zijn. Op ruim een halve kilometer van het militaire terrein loopt een nog gekanaliseerde waterloop. Wanneer het beekdal in de Peestermaden weer meandert, zal het waterpeil op het streefniveau van honderd jaar geleden komen. Met de hogere waterstand zal ook de bijbehorende vegetatie langzaam terugkomen.

Het MMC Donderen is een voormalige munitieopslag gelegen aan de Norgerweg (N858). Het MMC is in zijn geheel omrasterd. De grens ligt aan de oostzijde echter twee meter buiten de afrastering. Het terrein is begroeid met bosschages en jong bos. Daarnaast is bebouwing aanwezig, het betreft:

  • 1 wachtgebouw;
  • 1 werkplaats;
  • 23 munitiebunkers;
  • 1 magazijn;
  • 1 trafogebouw.

De bunkers zijn bovengronds gebouwd en omzoomd door een aarden wal.

Daarnaast zijn aan de voorkant van het terrein twee dienstwoningen gelegen. Deze woningen behoren niet tot het plangebied. De woningen zijn altijd bewoond geweest.

De identiteit van het complex wordt voornamelijk bepaald door de strakke ruimtelijke structuur. Deze wordt veroorzaakt door de manier van aanleg van de wegen en de standaardisering en de aard van de bebouwing. Helderheid en herkenbaarheid zijn basiskwaliteiten van de structuur en bebouwing van het MMC.

afbeelding "i_NL.IMRO.1730.Abmmcdonderen-0301_0002.jpg"

Afbeelding 3.1: Stratenpatroon op het MMC

De cultuurhistorische waarde van het terrein is als zeer hoog gewaardeerd door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (voorheen RACM). Omdat het complex niet de monumentale status heeft gekregen is het behoud van de cultuurhistorische waarden als doelstelling bij de herbestemming opgenomen. De doelstelling van het project is daarom: behoud van cultuurhistorische waarden middels een herbestemming welke het complex behoud door gebruik.

Samenvattend kunnen voor het terrein de volgende (cultuurhistorische) aspecten worden genoemd die de identiteit van het plangebied behelsen, deze kwaliteiten zijn vertaald in: "rust, reinheid en regelmaat":

  • afgescheiden, fysiek strak begrensde enclaves;
  • het complex is een bewust gecreëerde enclave die niet publiek toegankelijk is en wordt begrensd door groen en hekwerken en heeft één hoofdentree;
  • strakke ruimtelijke opbouw, bepaald door repeterende wegenpatronen;
  • de ruimtelijke opbouw is bepaald door de logistieke eisen van aan- en afvoer van munitie;
  • vaste stramienen in verhouding verkeersruimte – bebouwing – groen;
  • een beperkte variatie in de vaste stramienen voor de ruimtelijke opbouw heeft geleid tot herkenbare patronen in de verhoudingen tussen structuur, verkeersruimte, gebouwen en groenstructuur;
  • losstaande gebouwen in structurerend (bos)landschap;
  • de gebouwen zijn losstaand, op vaste afstanden van elkaar, in een strakke ordenende structuur. De samenhang van de losse gebouwen blijkt uit het strakke structurerende landschap;
  • repetitie van een beperkt aantal typen seriematige gebouwen met beperkte individuele waarde;
  • de gebouwen zijn repetitief en seriematig ontworpen binnen een beperkte typologie. De architectonische en bouwkundige waarde van de individuele gebouwen is beperkt. Details en materialisatie zijn zeer beperkt en uniform;
  • uniforme, repeterende situering en nokrichting van vierkante en rechthoekige gebouwen;
  • de overwegend rechthoekige gebouwen liggen evenwijdig aan de wegen. Bij de entree is een wachtgebouw gesitueerd. Naast de entree staan de dienstwoningen;
  • de bebouwing is sober en strak, overwegend van beton en/of baksteen met gestandaardiseerde constructiemethoden, details en materialen;
  • de groenstructuur met inlandse beplanting is sterk bepalen voor de ‘natuurlijke’ beleving.

Sinds november 2009 is het terrein in gebruik door een kunstenaarscollectief. Tot 2009 is het terrein in beheer geweest bij Defensie. Defensie gebruikte het terrein regelmatig voor activiteit. Wekelijks tot enkele malen per week was er activiteit zoals bijvoorbeeld laden en lossen van goederen met vrachtwagens.